Vereenvoudiging banenafspraak en quotumregeling
Het wetsvoorstel is aan de Tweede Kamer aangeboden.
Het wetsvoorstel vereenvoudiging banenafspraak en quotumregeling is aan de Tweede Kamer aangeboden. Het wetsvoorstel zorgt ervoor dat het aanvragen van het Loonkostenvoordeel voor werkgevers gemakkelijker en aantrekkelijker wordt.
Daarnaast is in het wetsvoorstel geregeld wat er gebeurt bij inwerkingtreding van de Quotumregeling: er volgt dan een inclusiviteitsopslag op de Aof-premie enerzijds en anderzijds een bonus voor werkgevers die meer dan het quotum voldoen aan de Banenafspraak.
Loonkostenvoordeel
Werkgevers hebben momenteel recht op een loonkostenvoordeel als zij iemand uit de doelgroep Banenafspraak aannemen van maximaal € 2.000,- per jaar gedurende maximaal 3 jaar. Het wetsvoorstel zorgt ervoor dat werkgevers het loonkostenvoordeel ontvangen zolang de werknemer bij hen in dienst blijft. Daarnaast hoeven werkgevers geen doelgroepverklaring meer aan te vragen maar volstaat de tijdige juiste aanvraag Loonkostenvoordeel via de loonaangifte. Op die manier wil de minister zorgen voor minder administratieve lasten. Het is de bedoeling dat deze wijzigingen per 1 januari 2025 in gaan.
Onderscheid markt / overheid
In het wetsvoorstel wordt het onderscheid tussen de markt en de overheid definitief opgeheven. Dat betekent dat het niet meer uitmaakt bij welke partij (markt of overheid) een persoon met een beperking in dienst treedt, als het totaal aantal banen van 125.000 maar wordt gehaald.
Wanneer het quotum van 125.000 niet wordt gehaald, treedt vanaf 2026 de quotumregeling in werking. Daarover wordt dan wel eerst door het kabinet afgestemd met de sociale partners en gemeenten. De quotumregeling houdt in dat er enerzijds een inclusiviteitsopslag (op de Aof-premie) zal worden geheven en anderzijds, voor werkgevers die meer dan het quotum voldoen aan de Banenafspraak een bonus wordt vertrekt.
Inclusiviteitsopslag Aof-premie
De opslag is verschuldigd over het SV premieloon van uw werknemers, met uitzondering van het premieloon van uitgeleend personeel (uitzendkrachten, payroll en WSW-detacheringen), het premieloon van werknemers in de categorie WSW artikel 2, en uitkeringen (zoals WIA, WAZO, ZW etc). De opslag geldt niet voor kleine werkgevers (een werkgever waarvan de totale loonsom kleiner is dan 25 x het gemiddelde premieplichtig loon).
De hoogte van de inclusiviteitsopslag is nog niet bekend en kan pas bij de activering worden bepaald. De inclusiviteitsopslag is namelijk ook afhankelijk van de gemiddelde premieplichtige loonsom van werkgevers die de inclusiviteitsopslag betalen. Dit laatste is pas bekend in het jaar van activeren zelf.
Bonus bij de quotumregeling
Bij de inwerkingtreding van de quotumregeling ontvangen alle werkgevers die in aanmerking komen voor het loonkostenvoordeel Banenafspraak een bonus van € 5.000 per gerealiseerde baan van gemiddeld 25,5 uur per week.
De bonus wordt vormgegeven door het bestaande LKV doelgroep banenafspraak te verhogen met € 3,76 per verloond uur. Inclusief het basis-LKV van € 1,01 per verloond uur bedraagt het LKV doelgroep banenafspraak bij een geactiveerd quotum € 4,77 per verloond uur met een maximum van € 9.500 per jaar. Door de substantiële verhoging van het LKV doelgroep banenafspraak worden werkgevers beloond die tijdens de geactiveerde quotumregeling banen realiseren voor mensen uit de doelgroep banenafspraak.
Netto meer aan bonus ontvangen dan aan heffing betalen
De structurele toepassing van het LKV doelgroep banenafspraak stimuleert een werkgever om iemand langer in dienst te houden en meer mensen aan te nemen. De wisselwerking tussen de te betalen inclusiviteitsopslag en het verhoogde LKV doelgroep banenafspraak (bonus) zorgt ervoor dat werkgevers die onvoldoende banen realiseren netto een heffing betalen. Werkgevers die meer banen realiseren dan is afgesproken worden beloond doordat ze netto meer aan bonus ontvangen dan dat zij aan heffing betalen.